Bruce V. Malchow, "A Manual for Future Monarchs" in The Catholic Biblical Quarterly Vol. 47, No. 2 (April, 1985), p. 238-245, https://www.jstor.org/stable/43719220
Ricardo Tavares, Eine königliche Weisheitslehre?: Exegetische Analyse von Sprüche 28–29und Vergleich mit den ägyptischen Lehren Merikaras und Amenemhats, Zurich Open Repository and Archive (2007), https://doi.org/10.5167/uzh-143062
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], De [54]aangezichten te kennen, is [55]niet goed; want een man zal [56]om een stuk broods overtreden. 54. Zie Deut.1:17, en de aantekening. Dit is zoveel als de aangezichten of personen aan te nemen, Lev.19:15; zie ook aldaar de aantekening. 55. Dat is, gans kwaad; zie boven hfdst.17 vs.26. 56. De zin is: Indien men de personen in het gericht mocht aanzien, de mensen zouden gans geen werk van overtredingen maken; om een stuk broods, [alzo men zegt] ja, om nietmetal zou men grote schelmerij bedrijven.